Een stap in de richting van integrale aanpak stikstofproblematiek

In mei start een nieuwe Task Force van de Verenigde Naties met een geïntegreerde aanpak van de stikstofproblematiek. Een initiatief waar ECN al ruim tien jaar aan werkt. De grote toename van stikstof verbindingen in het milieu heeft wereldwijd ernstige gevolgen voor onder andere de menselijke gezondheid, biodiversiteit en het veranderende klimaat. Een publicatie in het meinummer van het wetenschappelijke blad Science door ECN-onderzoeker Jan Willem Erisman en anderen, biedt oplossingsrichtingen om in iedergeval de groei te beperken.

Stikstof is essentieel voor de mensheid en heeft een goede en slechte kant. Het zorgt voor de productie van voldoende voedsel voor de wereldbevolking en is tevens schadelijk voor het milieu door het inefficiënte gebruik. De oprichtingsbijeenkomst 20-23 mei van de Task Force on Reactive Nitrogen, TRFN,  is een eerste mogelijkheid om het beleid rondom dit complexe probleem breed neer te zetten, stelt Jan Willem Erisman, unitmanager Biomassa, Kolen en Milieuonderzoek bij ECN en co- auteur van het Sience artikel over de veranderende stikstofcyclus.

Structurele aanpak is noodzaak

En dat beleid is hard nodig, zo blijkt: Diverse vormen van reactief stikstof, stikstofverbindingen zoals stikstofdioxide een krachtig broeikasgas, komen door industrie, energieverbruik en intensieve landbouw en veeteelt in groeiende mate in ons milieu terecht en verstoren de natuurlijke stikstofcyclus.
De overproductie heeft ernstige gevolgen, zoals aantasting van de menselijke gezondheid door de vorming van stikstofoxiden, fijn stof en ozon, schade aan de natuur, achteruitgang van de biodiversiteit, verzuring en vermesting van ecosystemen, aantasting van de grondwaterkwaliteit, algenplagen in de zee, verandering van het klimaat en aantasting van de ozonlaag. Eén molecuul stikstof zou een keten aan effecten na elkaar kunnen veroorzaken, waardoor het complexer is dan andere milieuproblemen.

Omdat de verstoring wereldwijd oorzaken en gevolgen heeft zullen we naar internationaal beleid moeten streven. Als voorzitter van twee Europese netwerkprojecten op het gebied van stikstof, het door de EU gefinancierde COST 729 programma en door de European Science Foundation gefinancierde Nitrogen in Europe (NinE) programma, zet Erisman zich al lange tijd intensief in voor het op de politieke agenda zetten van de stikstofproblematiek. De twee netwerken publiceren de Europese Stikstof Assessment in 2009 wat een goede basis zal zijn voor het werk van de Task Force. De Task Force is een onderdeel van de UNECE Convention on Long Range Transboundary Air Pollution en wordt gezamelijk door Groot-Brittanie (dr Sutton, CEH) en Nederland (prof. Oennema, Alterra) voorgezeten.

Kennis als basis

ECN organiseerde samen met het ministerie VROM in 1998 de eerste international stikstofconferentie in Nederland omdat duidelijk werd dat de uitstoot van stikstof alleen maar toe zou nemen gezien de groeiende behoefte aan voedsel en energie. Dit was de eerste stap die via diverse conferenties, overeenkomsten en onderzoeksprogrammas, heeft geleid tot de bewustwording van het probleem. Erisman: ECN beschikt samen met andere instituten in Nederland en GB over veel kennis op het gebied van de oorzaken en gevolgen van toenemende stikstof in de bodem, water en lucht.  We hebben instrumenten ontwikkeld waarmee de concentraties en emissies naar de lucht en bodem/water gekwantificeerd kunnen worden. Verder hebben we veel onderzoek gedaan naar de integrale aanpak van de stikstofproblematiek om de verliezen naar het milieu te beperken zonder dat dit ten koste gaat van de behoefte van de mens. In 2004, tijdens de 3e stikstofconferentie in China heeft dit geleid tot de Nanjing Declaration voor stikstofmanagement? Deze kennis en die van vele anderen worden in de wetenschappelijke onderzoeksprogrammas NinE en COST 729 samengevoegd. Kennis over oorzaken, gevolgen én mogelijke oplossingsrichtingen zullen worden vastgelegd in de Europese Stikstof Assessment en staan voor een deel verwoord in het Science artikel. Erisman: In het artikel Transformation of the nitrogen cycle: recent trends, questions and potential Solutions lichten we toe hoe de afgelopen jaren  de schade die wordt veroorzaakt door intensivering van de landbouw en de toename van fossiele brandstoffen is gegroeid en hoe we de te verwachten groei met maatregelen kunnen tegengaan.  De uitstoot van reactief stikstof is met 120% toegenomen sinds 1970 en de efficiëntie van het gebruik neemt steeds verder af! Dat is echt een bedreiging voor de natuur, de watervoorziening en de menselijke gezondheid die we nog niet kunnen overzien. Bewustwording van het probleem binnen de politiek is al een grote stap richting oplossingen. We zullen naar een veel efficiënter gebruik van kunstmest in de keten moeten en zorgen dat de stikstofoxide emissies in de energievoorziening worden teruggedrongen door duurzame energievormen

Voor meer informatie:

  • Transformation of the Nitrogen Cycle: Recent Trends, Questions, and Potential Solutions, James N. Galloway, Alan R. Townsend, Jan Willem Erisman, Mateete Bekunda, Zucong Cai, John R. Freney, Luiz A. Martinelli, Sybil P. Seitzinger, and Mark A. Sutton, Science 16 May 2008: 889-892.
  • COST Action 729: Assessing and Managing Nitrogen Fluxes in the Atmosphere-Biosphere System in Europe: www.cost729.org
  • European Science Foundation Program: Nitrogen in Europe (NinE): Current Problems and Future Solutions: www.nine-esf.org
  • Jan Willem Erisman, Chair of ESF-NinE and COST 729, Energy research Center of the Netherlands, ECN, P.O.Box 1, 1755 ZG Petten, the Netherlands, erisman@ecn.nl

Domein: Klimaatonderzoek