Rotterdamse primeur: de klimaatdirecteur

Rotterdam heeft als eerste Nederlandse gemeente een klimaatdirecteur. De stad warmt op, we hebben vaker wateroverlast - en er lopen tientallen initiatieven de problemen aan te pakken. Daarin moet samenhang worden gebracht, legt Paula Verhoeven in een notendop haar functie uit. Op het Wereld Water Forum was zij promotor van Connecting Delta Cities klimaatverandering gaat verder dan Rotterdam.

Door Irene Wever

Het klimaat verandert en weersituaties worden steeds extremer. De stad warmt op en we zien steeds vaker wateroverlast. Dat is vervelend voor de inwoners en kostbaar voor de stad. Er liepen al veel initiatieven klimaatverandering aan te pakken, maar het is mijn functie hier samenhang in te krijgen en ze sneller tot uitvoering te brengen. Dit is nodig, want de gevolgen van klimaatverandering zijn nu al merkbaar; we willen de klimaatontwikkelingen zo veel mogelijk vertragen en de gevolgen zo goed mogelijk opvangen, aldus de kersverse klimaatdirecteur Verhoeven.

Rotterdam heeft een grote gemeentelijke organisatie, met verschillende diensten met duurzame maatregelen. Het is de taak van de klimaatdirecteur met deze afdelingen te kijken hoe ze die duurzame maatregelen het best in hun pakket kunnen opnemen. Verhoeven: De dienst Stedenbouw zorgt voor meer groen in de stad en de dienst Gemeentewerken zorgt voor waterberging. Dit is goed te combineren in maatregelen waarmee we ons kunnen aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering, bijvoorbeeld met groene daken. Ik probeer dus op een slimme manier programmas bij elkaar te brengen en daar bedrijven bij te betrekken die voor nieuwe investeringen zorgen. Het is veel denkwerk, praten, bij elkaar brengen. Maar ook de actualiteit volgen en wetenschappelijke artikelen lezen: wat gebeurt er op de wereld, kunnen we daar iets mee en hoe kunnen we dat tot uitvoering brengen?

Fotograaf: Ben Wind

Haar werkveld beperkt zich niet tot Rotterdam. In haar derde week als klimaatdirecteur ging Verhoeven naar het Wereld Water Forum in Istanbul, om het programma Connecting Delta Cities voor te bereiden en te promoten. Hierin zijn behalve Rotterdam deltasteden als Sjanghai, Jakarta, Londen, New York, Hongkong en Tokio betrokken, om van elkaar te leren, aldus Verhoeven. De steden leggen hun accenten op verschillende zaken en hebben hun eigen oplossingen en ideeën, maar liggen wel allemaal in een rivierdelta. Uit bilaterale contacten is gebleken dat er veel interesse is te kijken naar gezamenlijke oplossingen voor aanpassing aan de gevolgen van klimaatverandering - adaptatie dus.

Verhoeven vervolgt: In Tokio heeft men bijvoorbeeld een super levee ontwikkeld - wat wij een superterp noemen - voor een heel stadsdeel. Wij willen graag leren hoe dat werkt en wat de voor- en nadelen zijn. Het buitenland is vaak geïnteresseerd in het Waterplan Rotterdam waarin water een prominentere rol krijgt bij de inrichting van de stad. Hierin hebben overheden, waterschappen en het Havenbedrijf  een rol gehad en is rekening gehouden met ruimtelijke processen. Ze zijn geïnteresseerd in hoe zon integraal plan wordt gemaakt. In 2010 streven we ernaar in Rotterdam een internationaal watercongres voor het uitwisselen van kennis te organiseren.

Overige zaken waar de klimaatdirecteur zich de komende tijd op zal gaan focussen is het stimuleren  van het gebruik van  subsidieregelingen voor particulieren en bedrijven om meer groene daken in de stad te krijgen, en het bezuinigen op energiegebruik. Verhoeven wil de gemeentelijke gebouwen laten isoleren en energiebesparingen (verwarming en verlichting) doorvoeren. Met woningcoöperaties zal ze afspreken hoeveel procent deze gaan besparen, door bijvoorbeeld het isoleren van bestaande woningen, het gebruik van dubbel glas, andere vormen van verwarming en groene daken. Nieuwbouw kan restwarmte uit de industrie en vuilstort gaan gebruiken.

Verhoeven: Rotterdam heeft 600.000 inwoners, dus we kunnen veel energie besparen. Ook willen we werken aan duurzame mobiliteit. Veel van het openbaar vervoer in Rotterdam rijdt op  groene stroom. Dat is schoner dan fossiele brandstof. Maar er komen steeds meer nieuwe, nog betere technieken. Daarom gaan we kijken hoe we RET kunnen helpen deze innovaties aan te schaffen en hoe we kennis en contacten kunnen aanleveren. Dat geldt ook voor de taxis en de elektrische fiets. Daarnaast willen we meer schone brandstof verkrijgbaar maken aan de pomp. Daar is veel belangstelling voor. Eind maart startte de gemeente Rotterdam als werkgever een maand lang een proef met elektrische fietsen, na de eerderde invoering van de elektrische oplaadpaal en elektrische scooters bij werven van Gemeentwerken. De fiets-proef maakt onderdeel uit van de Rotterdamse Aanpak Luchtkwaliteit en het Rotterdam Climate Initiative.

Rotterdam Climate Initiative

Het Rotterdam Climate Initiative (RCI) is een klimaat samenwerkingsprogramma dat bestaat uit vier partijen, onder ambassadeurschap van Ruud Lubbers: de gemeente Rotterdam, Havenbedrijf Rotterdam NV, DCMR Milieudienst Rijnmond en Deltalinqs. De doelstelling van het RCI is: vijftig procent minder CO2 in 2025 ten opzichte van 1990, voorbereiding op klimaatverandering en versterking van de Rotterdamse economie. Het Rotterdam Climate Initiative biedt een platform waar overheid, organisaties, bedrijven en inwoners samenwerken aan halvering van CO2-uitstoot en versterking van de economie in de Rotterdamse regio.

Meer informatie:
http://www.rotterdamclimateinitiative.nl/

30 maart 2009

De artikelen van Change Magazine worden door onze eigen redactie vervaardigd. Ze zijn vrij te gebruiken, gaarne met bronvermelding. U kunt zich ook gratis abonneren op Change Magazine. Het volgende nummer ontvangt u dan zonder kosten in de brievenbus.

Domein: Klimaatonderzoek